Afgelopen jaren heeft er een ‘fiduciaire’ storm over Nederland gewoed. De commerciële start zou gezien kunnen worden bij de uitbesteding van het vermogensbeheer door de verzekeraar VGZ aan Goldman Sachs in 2002. Daarna is het snel gegaan. In Van Nunen[2007] worden 11 namen genoemd van pensioenfondsen en verzekeraars. Dit rijtje is nu, begin 2008, aanmerkelijk langer geworden. Het betreft onder meer de ondernemingspensioenfondsen van Cosun, TNO en Randstad, en de bedrijfstakpensioenfondsen voor de meubelindustrie en de koopvaardij. De totale omvang van de fiducaire markt wordt per april 2007 op 90 miljard euro geschat (Nederland); eind maart 2008 wordt de omvang door fiduciaire managers geschat op 173 miljard van de 618 miljard aan Nederlands pensioenvermogen (Bosch [2008]). Waren er tot en met 2005 nog slechts enkele aanbieders van fiduciair management, anno 2007 zijn er op zijn minst al een twintigtal partijen, Nederlands en buitenlands, die fiduciair management aanbieden. Het lijkt er op dat de vraag niet is of, maar wanneer Nederlandse pensioenfondsen gaan vallen voor een fiduciaire manager. Ook in het buitenland lijkt fiduciair management aan populariteit te winnen en zijn er al enkele contracten gesloten.

Maar wat is nu eigenlijk precies ‘fiduciair management’? Mijn betoog is dat het een integraal vermogensbeheer model is. Het is in zichzelf niet nieuw, maar het is wel nieuw dat het beschikbaar is voor fondsen die hier tot voor kort niet over konden beschikken. De reden van het ogenschijnlijke succes van fiduciair management is gelegen in een aantal elkaar versterkende krachten. Allereerst wordt het beleggen voor een pensioenfonds steeds ingewikkelder door ondermeer de toegenomen regulering. Daarnaast wordt de druk op pensioenfondsen hoger (door o.a. transparantie en benchmarking) om rendement te leveren waarbij een breed assortiment van beleggingscategorieën bespeeld dient te worden. Een onderschatte factor is het falende ‘klassieke’ model, bij met name kleinere tot middelgrote fondsen, waarbij veel externe partijen betrokken zijn, die andere belangen hebben dan pensioenfondsen. Al met al kan de vraag van pensioenfondsen naar fiduciair management kort omschreven worden als een vraag naar professionalisering.

Er zijn dus een aantal mogelijke voordelen te noemen van de fiduciaire aanpak, maar daarmee is niet alles gezegd. In deze paper zal een aantal belangrijke elementen van fiduciair management voor pensioenfondsen op een rijtje worden gezet. In de praktijk gaat het om een relatief vaag concept dat voor commerciële partijen blijkbaar aantrekkelijk is. De terminologie ‘fiduciair’ manager klinkt prachtig, maar er valt wel wat op af te dingen. De governance van pensioenfondsen is niet meteen verbeterd met een fiduciaire manager en er zijn ook nog wel wat principal-agent problemen die geadresseerd dienen te worden. De commerciële resultaten zijn overweldigend; de toegevoegde waarde voor pensioenfondsen zou er kunnen zijn, maar valt niet eenvoudig te meten. Derhalve is enige voorzichtigheid op zijn plaats voor wat betreft de beoordeling van het fiduciair management concept.

Overigens kan het fiduciaire concept ook voor andere institutionele beleggers zoals verzekeraars een soortgelijke rol vervullen als voor pensioenfondsen. Het is zeker niet uitsluitend bestemd voor de pensioenfondssector.

Netspar, Network for Studies on Pensions, Aging and Retirement, is een denktank en kennisnetwerk. Netspar is gericht op een goed geïnformeerd pensioendebat.

MEER OVER NETSPAR


Missie en strategie           •           Netwerk           •           Organisatie           •          Podcasts
Board Brief            •            Werkprogramma 2023-2027           •           Onderzoeksagenda

OVER NETSPAR

Onze partners

B20210618_Achmea_logo_grey
B20160708_universiteit utrecht
B20160708_erasmus
B20160708_ministeries
B20210909_SPMS_logo download greyscale smaller
Bekijk al onze partners