“Het is onvermijdelijk dat toekomstige ontwikkelingen op de financiële markten invloed zullen hebben op deze transitie”
De transitie van het huidige stelsel naar het nieuwe pensioencontract betekent een overstap van een uitkeringsregeling naar een premieregeling. Dit betekent dat pensioenfondsen het collectieve vermogen moeten toedelen aan persoonlijke pensioenvermogens en een solidariteitsreserve. Deze toedeling is gevoelig voor fondsspecifieke veronderstellingen (zoals de initiële dekkingsgraad en de leeftijdsopbouw van het deelnemersbestand), economische omstandigheden (rentetermijnstructuur) en beleidsmatige veronderstellingen (zoals de ultimate forward rate (UFR)). De vraag is nu hoe we met deze gevoeligheden om moeten gaan in de overgangsperiode voor het nieuwe pensioenstelsel.
Kernboodschap voor de sector
- De zogeheten ‘standaardmethode’ is een methode waarbij pensioenaanspraken worden gewaardeerd en het collectieve vermogen van het fonds vervolgens wordt toegedeeld aan persoonlijke pensioenvermogens. Dit gebeurt op basis van een vermogensspreiding die vergelijkbaar is met de aanpassings- of terugvorderingsregels in het huidige systeem wanneer een fonds een tekort of een overschot heeft.
- De gevoeligheid voor toekomstige rentetarieven hangt voornamelijk af van de mate van renteafdekking
van het fonds.
Rekentool
Klik hier om de gebruikte rekentool voor de standaardmethode te openen.