Vergelijking tussen Nederlandse en Deense variabele lijfrenten

Onlangs heeft het Nederlandse parlement een wet aangenomen waarmee gepensioneerden hun pensioenvermogen uit toegezegde-bijdrageregelingen (Defined Contribution scheme, DC-regeling) tijdens de decumulatiefase in risicovolle activa kunnen beleggen. Vóór de invoering van deze wet was het verplicht om pensioenvermogen op het moment van pensionering om te zetten in een levenslange vaste lijfrente. Krachtens de nieuwe wet zijn ook levenslange variabele lijfrenten toegestaan. Producten die betrekking hebben op de nieuwe wet, verschijnen momenteel op de Nederlandse, Deense en Zweedse markt. De Nederlandse wet heet de Wet Verbeterde Premieregeling (Improved Defined Contribution Scheme Act). Deze variabele lijfrenten worden aangeboden door verschillende verzekerings- en pensioenmaatschappijen.

Een variabele lijfrente biedt een kasstroom die in de tijd kan variëren, in tegenstelling tot een vaste lijfrente die bestaat uit gegarandeerde betalingen. Door de nieuwe wet is het nu mogelijk om na pensionering in risicovolle activa te beleggen. De verwachte betalingen omvatten in dat geval de risicopremie. De afruil is dat de betalingen niet meer vrij van risico zijn. Terwijl bij pensioenuitkeringen onzekerheid meestal wordt gemeden. We kunnen variabele lijfrenten combineren met garanties in de vorm van vaste lijfrenten, zodat er een bepaalde ondergrens is bij pensioenuitkeringen.

In Denemarken is de regelgeving nog steeds gebaseerd op levenslange vaste lijfrenten. Er wordt echter gediscussieerd over versoepeling van de garanties, aangezien sommige pensioenfondsen het risico al hebben geprivatiseerd door levenslange variabele lijfrenten aan te bieden. Bovendien zijn de verwachte pensioenuitkeringen in sommige fondsen tevens aangepast aan de stijging van de levensverwachting. Een nieuw voorstel van de Deense Autoriteit voor financiële regelgeving betreffende variabele lijfrenten zal naar verwachting in maart 2017 worden gepubliceerd.

In dit project onderzoeken we de verschillen in pensioenproducten en regelgeving tussen Nederland en Denemarken. De specifieke keuze van de veronderstelde rentevoet (Assumed Interest Rate, of AIR) en het effect van het absorberen van schokken op de financiële markt kunnen worden weergegeven in termen van een verdeling van het aanvangskapitaal over de resterende levensduur of in termen van een dynamische aftrek voor pensioenuitkeringen. De eerste interpretatie leidt tot vergelijkingen van pensioenuitkeringen door de tijd. De huidige wet lijkt gepensioneerden te beschermen tegen dalende pensioenuitkeringen door het risico dat wordt genomen met de veronderstelde rentevoet te maximeren. Voorbeelden van vragen die we onderzoeken zijn: hoe zien de patronen van beschikbare producten eruit; welke opties hebben klanten; hebben de producten binnen landen en tussen landen gemeenschappelijke kenmerken; en wat is het mechanisme dat deze verwachte uitkeringen bepaalt? Ook onderzoeken we de impact van extra onttrekkingsmogelijkheden en het effect van de opeenstapeling van deze mogelijkheden.

In Nederland heeft dit bijvoorbeeld betrekking op de mogelijkheid om in de eerste jaren meer geld te onttrekken (“hoog-laag”) ter compensatie voor vervroegde pensionering vanwege het gebrek aan flexibiliteit in de keuze van de startleeftijd voor het staatspensioen (AOW-vergoeding). In Denemarken heeft dit betrekking op de mogelijkheid van het gedeeltelijk annuïtair maken (lijfrenten) en/of gedeeltelijke afkoopsommen. Bij pensionering maakt de helft van de werknemers van deze mogelijkheid gebruik, aangezien 35 procent voor gefaseerde onttrekkingen kiest en 15 procent voor een afkoopsom. De flexibiliteit in het Deense systeem biedt de mogelijkheid van (volledige of gedeeltelijke) onttrekkingen voorafgaand aan pensionering ten koste van een aanzienlijk belastingtarief van maximaal 60%, en lagere pensioenuitkeringen uit regelingen voor vervroegd pensioen (indien beschikbaar).

Daarom gaan we een grondige vergelijking trekken tussen de pensioenregelgeving in Nederland en Denemarken en de resultaten daarvan in verband brengen met de wetenschappelijke literatuur over wat een gewenst pensioenproduct zou zijn. Enkele kwesties die we aan de orde stellen zijn; welk risico moet worden verzekerd? Is het risico op een korte levensduur afgedekt, en is dit verplicht? Hoe beïnvloeden onverwachte stijgingen van de levensverwachting de variabele lijfrente-uitkeringen? Hoeveel keuzevariabelen bevatten de beschikbare producten? Wat is de invloed van de keuze op het pensioeninkomen tijdens de pensioenleeftijd en is het mogelijk om de toereikendheid ervan te onderzoeken? En is het beleggen van pensioenkapitaal in de accumulatiefase aangepast aan de risicoblootstelling in de decumulatiefase? Deze vragen kunnen als volgt worden samengevat: wat zijn en waren de verschillen tussen de nieuwe wetten in beide landen? En, meer in het algemeen, hoe zijn beide pensioenstelsels georganiseerd?

Bekijk hier alle publicaties die uit dit project zijn voorgekomen

Netspar, Network for Studies on Pensions, Aging and Retirement, is een denktank en kennisnetwerk. Netspar is gericht op een goed geïnformeerd pensioendebat.

MEER OVER NETSPAR


Missie en strategie           •           Netwerk           •           Organisatie           •          Podcasts
Board Brief            •            Werkprogramma 2023-2027           •           Onderzoeksagenda

OVER NETSPAR

Onze partners

B20160708_university of groningen
B20160615_pggmgroengrijs_grijswaarden_small
B20211201_Cardano_Logo 2021_website
AFM logo 2023 zwart wit
Bekijk al onze partners